Maandagochtend fietste ik iets voor half zeven naar het station. Het was nog pikkiedonker en de heldere lucht toonde duizenden sterren.
Gisteravond fietste ik om zeven uur naar mijn theaterles. Het begon al te schemeren, merkte ik op toen ik door de straat reed.
Het wordt steeds vroeger donker en het wordt steeds later licht.
Ik probeer het maar positief te bekijken. Steek gezellig kaarsjes aan. Ben blij met mijn nieuwe (nou ja nieuw, tweedehands, maar voor mij nieuw) fiets die goede verlichting heeft. Doe alsof mijn avonden langer zijn (omdat het zo aanvoelt als het om acht uur al donker is!), dat is iets wat mij, als avondmens, wel vrolijk maakt. Ik kijk naar de sterren en wacht tot er eentje valt zodat ik een wens kan doen.
Voorlopig heb ik nog geen herfstdepressie voor de deur zien staan. Om het bij die voordeur wat vrolijker te maken heb ik er twee bolchrysanten neergezet. De knalgele bloemetjes vrolijken me op elke keer als ik mijn voortuin instap.
Het wordt steeds donkerder. Maar ik zoek gewoon telkens weer het licht.
Ik zoek de lichtjes in de ogen van anderen, die maken me blij 🙂 En ik noem mijn honden regelmatig” lichtpuntjes” als ze iets minder handigs doen 😉 En ook hier is die vervelende depressie nog niet aan de deur geweest, zelfs nog niet in de buurt :-)Wat wil je ook, met zo’n nazomer!
mooi stukje. Ik heb ook een pracht van een bolchrysant een beetje donkerrood/bruin. En wij hebben langbloeiende rozen. Die zelfs nog in de knop zitten. Ga er vandaag een aantal plukken en binnenzetten ze ruiken zo lekker. Ik stond gisterenavond om 8 uur, eerder had ik geen tijd, even in het donker aan de rozen te ruiken. Manlief vroeg zich verwonderd af wat ik aan het doen was…